‘WAT WE ERVAN LEERDEN WAS DAT WE FONDSENWERVING NIET OP EIGEN HOUTJE MOESTEN DOEN.’

(EVERT VAN DEN BERGH, VOORZITTER DELFT CHAMBER MUSIC FESTIVAL 2011-2021)

De eerste daad van het prille Bunschoten Fonds was het steunen van het toen al roemrijke Delft Chamber Music Festival. We blikken met Evert van den Bergh, voorzitter van het Festival in de periode 2011-2021, terug op die periode waarin het fonds een coachingtraject toewees voor het professionaliseren en verduurzamen van de eigen fondsenwerving. ‘Je kunt het telefoonnummer van een vermogensfonds kennen,’ zegt Van den Bergh, ‘maar daarmee ben je er niet.’

Een kamermuziekfestival met een unieke signatuur

Toen violiste Isabelle van Keulen in 1997 op zoek ging naar een locatie voor een nieuw op te richten kamermuziekfestival viel de keus uiteindelijk op Delft. Sindsdien is het Delft Chamber Music Festival daar niet meer weg te denken; met de Van der Mandelezaal in het Museum Prinsenhof als middelpunt is inmiddels tot ver over de grenzen een reputatie opgebouwd. Musici uit alle hoeken van de wereld komen naar Delft om voor een toegewijd publiek te spelen. Evert van den Bergh schetst de reden voor die toewijding: ‘Je treft op het Festival topmusici aan die je niet zomaar op het podium ziet omdat ze niet zijn verbonden aan een orkest of een ensemble. Bovendien spelen ze hier in Delft een eenmalig programma, in eenmalige combinaties, waarvoor ze kort van tevoren intensief met elkaar komen oefenen. Dat zorgt voor een bijzondere sfeer en vooral ook spanning natuurlijk, en het publiek voelt dat. Er gebeurt iets eenmaligs. Dat maakt het Delft Chamber Music Festival uniek.’

De locatie speelt daarin geen geringe rol. ‘Delft is natuurlijk een voorbeeldige locatie. De Van der Mandelezaal is destijds speciaal voor het festival akoestisch aangepast. De stad heeft een historische uitstraling die zijn gelijke niet kent. Bovendien is het allemaal wat kleinschaliger dan in de grote steden; daar kan een kamermuziekfestival worden overschaduwd door al die andere activiteiten er omheen. In Delft werkt de kleinschaligheid in het voordeel. Ik heb musici wel eens gevraagd wat ze vonden en dan was het antwoord steevast: dit is het leukste festival in de wereld. Waarom? Omdat ze elkaar treffen in het hotel pal naast de zaal waar ze gaan spelen, het hotel waar ze bijpraten en oefenen voor hun optredens. De programma’s van de artistiek leider zijn erg interessant en als musicus voel je dat het publiek echt geïnteresseerd is! Dat maakt grote indruk.’

Een markante programmering noemt Van den Bergh het. ‘Een van de eerste dingen die Liza Ferschtmann deed was een stuk van György Ligeti voor honderd metronomen. Toen zat het publiek even raar te kijken, maar na een paar minuten was het muisstil. We hebben de 4,33 minuten stilte van John Cage op het podium gehad; dat maakte grote indruk, want probeer maar eens zo lang stil te zijn op het podium en in de zaal, niemand wil als eerste een geluid maken. De Serenade Erotica van Erwin Schulhoff was ook spraakmakend. Het Festival is er altijd in geslaagd de programmering speels, gevarieerd en van hoog niveau te houden. Je hoort dus onder meer stukken die je niet snel in de programma’s van concertzalen zult horen.’

Naast uniek is het festival ook duurzaam te noemen. Waar het artistieke leiderschap heeft gezorgd voor een eigen signatuur, zorgde het zakelijke bestuur voor verbreding van het festival. ‘In de periode waarin ik deel ging uitmaken van het bestuur gingen we nieuwe ambities gestalte geven. We gingen uitbreiden naar andere locaties in en rond Delft, zoals de oude Lijmfabriek langs de Schie, de stationshal, de aula van het Reinier de Graaf Gasthuis. We wilden opera gaan brengen. Het budget, opgebouwd uit toegangsprijzen, bijdragen van fondsen en sponsoren, liet dat niet toe. Dus moesten we aan de bak en op zoek naar nieuwe middelen.’

‘Fondsenwerving moet je niet zelf willen doen’

In die periode, ruwweg 2013-2014, kwam Van den Bergh in contact met het pas opgerichte Bunschoten Fonds. ‘We hadden subsidie van diverse overheden, fondsenwerving, sponsoring en natuurlijk de particuliere giften vanuit de stichting Dikke Vrienden. Het Bunschoten Fonds hielp ons de werving van fondsen te herzien.’ In de wereld van grote vermogensfondsen moet je thuis zijn, merkte het bestuur tijdens het coachingtraject dat door BF werd gefinancierd.

‘We zaten tot dat moment zelf achter geld aan, zo goed en zo kwaad als het ging. Omdat we het groter wilden aanpakken, voldeed die strategie niet meer,’ zegt Evert van den Bergh daarover. ‘Bovendien kwamen we er tijdens het traject achter dat je zoiets helemaal niet zelf moet ambiëren als je niet thuis bent in de wereld van de grote vermogensfondsen.’

Uit het coachingtraject kwamen duidelijke aanbevelingen. ‘We hebben ervan geleerd dat we het niet zelf moeten doen. Sindsdien hebben we het zoeken naar fondsen geprofessionaliseerd; we worden nu geholpen door een professional, iemand die de weg kent in het Nederlandse landschap van vermogensfondsen. Want je kunt het telefoonnummer van een fonds kennen, maar daarmee ben je er niet. Het gaat om veel meer. Wat wij wilden, als Festival, dat wisten we. Maar wat wil het vermogensfonds? Je hebt met verwachtingen te maken, en met heel veel fondsen.’

Belangrijke tip voor festivals en ensembles

Doe fondsenwerving niet op eigen houtje, zegt Evert van den Bergh, terugkijkend op de steun van het jonge Bunschoten Fonds in 2014. Daarnaast heeft hij een tip voor hoe je je als festival of ensemble kunt opstellen naar grote vermogensfondsen.

‘Voorop staat dat wat je zegt, in de praktijk ook klopt. Dat het daadwerkelijk wordt gedaan en tot slot wordt verantwoord. Wij zorgden na afloop van het Festival altijd voor een gedetailleerde evaluatie voor het vermogensfonds in kwestie — met daarin beschreven wat we van hetgeen is toegezegd ook daadwerkelijk hebben gerealiseerd, maar ook wat we níet hebben gerealiseerd. Door dat serieus te nemen, bouw je vertrouwen op en dat betaalt zich terug. Is het niet het volgende jaar dan misschien het jaar erop. We hebben dat met het Delft Chamber Music Festival altijd heel zorgvuldig gedaan.’

—BF in gesprek met Evert van den Bergh over het Delft Chamber Music Festival, december 2021

> Interview Luca van der Waals

> Interview Lestari Scholtes en Gwylim Janssens